Ook in het stormseizoen werken aan een veilige Afsluitdijk

Het stormseizoen is begonnen. Dat betekent dat er meer kans is op extreme weersomstandigheden bij de Afsluitdijk. Liz Kemp van Levvel en Willem Frederik Louwersheimer van Rijkswaterstaat stemmen daarom als waterbouwkundig ingenieurs goed met elkaar af over extra beschermingsmaatregelen tijdens de werkzaamheden.

In Nederland is de periode van 1 oktober tot 1 april standaard vastgesteld als het stormseizoen. Dan is er grotere kans op storm, en daarmee ook meer kans op extreem hoogwater. ‘Vooral als de wind uit het noordwesten komt – haaks op de Afsluitdijk – blaast die veel water tussen de Waddeneilanden door de Waddenzee in en tegen de Afsluitdijk aan’, legt Louwersheimer uit. ‘En omdat dat water niet meer terug kan, komt het dan al snel hoog tegen de Afsluitdijk te staan. Om te zorgen dat Nederland altijd beschermd blijft tegen het hoogwater, geldt dan ook als eis: werkzaamheden aan een primaire waterkering als de Afsluitdijk mogen de waterveiligheid niet negatief beïnvloeden in het stormseizoen.’ Een primaire waterkering is een waterkering die land tegen buitenwater beschermt. Zo beschermt de Afsluitdijk ons tegen overstromingen vanuit de zee.

Planning van de werkzaamheden

Deze eis vraagt om een doordachte bouwplanning van bouwconsortium Levvel (BAM, Van Oord, Rebel en Invesis). ‘Dat begint met de bouwfasering’, vertelt Kemp. ‘Dat betekent dat we de planning zo indelen dat werkzaamheden die de waterveiligheid negatief beïnvloeden voor 1 oktober afgerond zijn. We gaan er niet van uit, maar mocht tijdens de realisatie een extreme storm opsteken, dan kunnen er vertragingen optreden bij de bouwwerkzaamheden.’ Daarnaast kijken we welke werkzaamheden aan de primaire waterkering alsnog in deze periode uitgevoerd kunnen worden door beschermingsmaatregelen te treffen. ‘Ons voorstel nemen we mee in het hoogwaterveiligheidsplan, waarin al die maatregelen beschreven staan. Dat we bespreken met Rijkswaterstaat.’

Beschermingsmaatregelen

‘Wat betreft het werk aan de primaire waterkering werken we dit stormseizoen vooral aan het gemaal en de spuisluizen bij Den Oever’, vertelt Kemp. ‘De meeste werkzaamheden daar hebben geen effect op de primaire kering, en de werkzaamheden die wel effect hebben zijn geborgd in het hoogwaterveiligheidsplan.’ Voor de bescherming van de bouwlocatie heeft Levvel noodmaatregelen opgesteld om bij alle waterstanden de veiligheid te kunnen waarborgen. Dreigt er bijvoorbeeld een zware storm, waarbij het water tot 3,50 meter boven NAP kan stijgen, dan ligt er een plan om de bouwkuipen van de nieuwe spuimiddelen onder water te zetten. Door het hoge water komt er grotere belasting op de damwanden. Het verhogen van het water in de bouwkuip zorgt ervoor dat ze daartegen bestand zijn. Louwersheimer: ‘Dat wil je natuurlijk liever niet, maar het kan nodig zijn om te voorkomen dat het bouwwerk kapotgaat.’ Kemp: ‘Zo’n maatregel moet in geval van nood binnen 48 uur uitgevoerd kunnen worden. Daarom werken we aan bewustzijn. Iedereen op de werkvloer moet op de hoogte zijn van de maatregelen en alle materialen liggen klaar.’

Continu alert

Om tijdig te kunnen ingrijpen, is iedereen in het stormseizoen extra alert. Louwersheimer: ‘Levvel houdt de actuele waterstanden en verwachtingen continu in de gaten en kijkt steeds twee weken vooruit. Bij verwacht hoogwater zitten ze daar nog dichter bovenop. Daardoor zien ze mogelijke problemen door een naderende storm al een paar dagen van tevoren aankomen en kunnen ze noodmaatregelen inzetten. In geval van storm krijgen we ook waarschuwingen van het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) in Lelystad, met een kleurcode: geel, oranje of rood. Dit is hét centrum voor kennis en informatie over het Nederlandse watersysteem. Omdat Levvel standaard al zo goed rekening houdt met de waterveiligheid zijn bij code geel nog geen extra maatregelen nodig. Bovendien stemmen we de plannen in deze periode nog vaker met elkaar af. Zo is Nederland ook tijdens de bouw bij code oranje en rood beschermd tegen overstroming.’

Nieuwsarchief