De Afsluitdijk van… schapenhouder Tigchelaar

Bijna een kwart eeuw weidt boer Tigchelaar (73 jaar) zijn schapen op de Afsluitdijk. Een kudde van zo’n honderd dieren van het ras Rouge de L’Ouest. Daar komt met de komst van de nieuwe inrichting van de dijk een eind aan. De schapen kunnen er dan niet meer grazen. We blikken met boer Tigchelaar met een lach en een traan terug op de fantastische tijd. “Ik ben altijd buiten in de frisse lucht. Het is een fantastisch mooi gebied met prachtige vergezichten: zon op het water en zeiltjes aan de horizon. Het is mijn dijk; ik ben er altijd vrij.”

schapen

Nu zo’n 24 jaar geleden hoorde Tigchelaar dat hij in aanmerking kwam om z’n schapen op de Afsluitdijk op grond van Rijkswaterstaat te beweiden. “Daar had ik wel oren naar. Ik pachtte toen al zo’n twintig jaar een aantal percelen van het Wetterskip Fryslân op de Waddendijk bij Zurich. De percelen sloten precies aan op de stukken grond op de Afsluitdijk. Dat kwam dus voor de beweiding goed uit en het betekende ook een uitbreiding van mijn schapenhouderij.”

“Ik heb sindsdien altijd zo’n honderd schapen gehad. Ook nu kan ik die op mijn leeftijd nog wel aan”, zegt Tigchelaar lachend. “Het zijn vleesschapen, maar hier krijgen we ze niet echt vet. Het voedsel op de dijk is daarvoor wat te schraal. Dus op een gegeven moment neemt een andere veehouder ze over. Daar worden ze vetgemest en vervolgens naar Frankrijk vervoerd. Daar is veel vraag naar schapenvlees. Ik doe dus eigenlijk het voorbereidende werk.

Aandacht voor het landschap

“Op de Afsluitdijk doe ik het beheer en onderhoud van het land voor het grootste deel zelf. Ik houd het gras levend en gezond. Vooral in een periode van droogte, zoals afgelopen zomer, vraagt dat veel aandacht. Niet teveel maaien is mijn advies. Het gras is beter tegen de hitte bestand wanneer het wat langer is. En met kunstmest moet je helemaal voorzichtig zijn met de zon en de hitte; dan verbrandt het nog veel sneller. Beheer en onderhoud omvat daarnaast natuurlijk de strijd tegen de honderdduizenden distels en het opruimen van alle troep die aanspoelt. Van papier en plastic, tot potten verf en flessen verfverdunner. Er is ook wel eens een hele lading sigaretten aangespoeld; het zag zwart van de pakjes.”

Het moet een eerlijke dijk blijven

“Ik ga het missen, de schapen hier hoeden, de wilde ruimte en het gevoel van vrijheid. Maar de dijk moet versterkt, het is een noodzakelijkheid.”
Tigchelaar maakt zich zorgen over de manier waarop we met de aarde omgaan. Niet alleen als het gaat om de rotzooi die aanspoelt, maar ook om horizonvervuiling, vertelt hij: “Met windmolens heb ik niets. Ik vind dat zonde van het uitzicht. We moeten veel voorzichtiger omgaan met de ruimte en het laatste stukje natuur dat we nog hebben. En nu de Afsluitdijk versterkt wordt, hoop ik dat dat gebeurt zonder er van alles op te zetten, zonder al te veel tierelantijntjes. Het moet geen speeltuin of feestterrein worden. De Afsluitdijk is een eerlijke dijk en ik hoop dat het een eerlijke dijk blijft.”

Nieuwsarchief