De wereld achter peilbeheer IJsselmeer
Veel factoren zijn van belang voor het peilbeheer van het IJsselmeer. En de omstandigheden die het waterpeil beïnvloeden, kunnen van uur tot uur veranderen. Hoe nemen we dit alles eigenlijk mee om te bepalen wanneer we water kunnen afvoeren?
Water afvoeren
De Afsluitdijk heeft twee belangrijke functies; het achterland beschermen tegen het water uit de Waddenzee en het afvoeren van een teveel aan water uit het IJsselmeer. Dit laatste gebeurt sinds de jaren dertig van de vorige eeuw via de spuisluizen in Den Oever en Kornwerderzand. We kunnen alleen spuien, water afvoeren onder vrij verval, als de Waddenzee lager staat dan het IJsselmeer.
Data analyseren
De heer Pompert, tactisch waterpeilbeheerder bij Rijkswaterstaat, licht toe: “We hebben allerlei data die van belang zijn voor het peilbeheer, zoals van waterstanden, hoeveel neerslag er gevallen is, hoeveel water het IJsselmeer ingestroomd is en wat de verwachtingen zijn. Maar we gebruiken ook data van sluizen, zodat we weten wanneer ze openstaan en hoeveel water er doorheen loopt. En dan hebben we natuurlijk met het weer te maken. Bovendien wordt het peilbeheer van het IJsselmeer altijd afgewogen in een groter kader. Ook de data van het Markermeer en de Veluwerandmeren worden meegenomen. Op al die factoren tezamen moeten we zo goed mogelijk inspelen.”
Samenwerken binnen de keten peilbeheer
Al deze data staan in een systeem voor peilbeheer. Pompert: “In mijn rol als tactisch peilbeheerder geef ik door wat het meerpeil is waarop mijn collega’s, de dagelijks peilbeheerders en de bedienaars van de sluizen, moeten sturen. Het meerpeil is het waterpeil van het IJsselmeer en dit verschilt per seizoen. In de winter willen we zoveel mogelijk water afvoeren, maar in de zomer is het IJsselmeer juist een heel belangrijk zoetwaterreservoir. En als er dan bijvoorbeeld een droge periode aankomt, dan geef ik dat mee in de opdracht aan de peilbeheerders, die op hun beurt weer opdrachten geven aan de bedienaars van de spuisluizen in het IJsselmeergebied. De bedienaars mogen in principe niet afwijken van de opdracht, tenzij er onverwachte zaken ter plaatse spelen, ze leveren maatwerk.”
Peilbeheer is dagelijks monitoren
Na het geven van opdrachten, is het werk niet voorbij. Pompert: “We monitoren de data dagelijks en zijn 24 uur per dag in de lucht. Ons doel is om het dagelijks beoogde meerpeil te behalen in een etmaal. Bij rustig weer is het makkelijker dan bij wisselvallig weer. Neerslag en het getij beïnvloeden natuurlijk de waterstanden, maar wind is ook een hele belangrijke factor en die is het minst goed te ‘voorspellen’. Die kan bijvoorbeeld zorgen dat het waterpeil van de Waddenzee extra laag is, waardoor je meer kunt spuien. Maar als een lagedrukgebied of hogedrukgebied net wat anders loopt, heb je een heel ander beeld. We moeten dus continu in de gaten houden wat de wind doet en erop inspelen als hij draait. Het is echt maatwerk.”
Grilliger weer
Over de jaren is het weerbeeld ook veranderd. “Er zit wel meer grilligheid in het weer, waardoor je minder kunt varen op statistieken van de afgelopen jaren. Zo was de hoogwaterperiode eind 2023 uitzonderlijk, deze duurde ongeveer 4 maanden. De ene na de andere afvoerpiek van de Rijn volgde, en er viel uitzonderlijk veel neerslag. Alle meren in het IJsselmeergebied bereikten recordhoogtes. Dat hadden we niet eerder meegemaakt. Elke kans om te kunnen spuien is benut.” vult Pompert aan. Bedenk dat de (rand)meren in het IJsselmeergebied een buitendijkse opvangbak vormen waar veel binnendijks water op geloosd wordt uit de omgeving om daar wateroverlast of overstromingen tegen te gaan in Noord Nederland.”
Blijven ontwikkelen
“Gelukkig hebben we een hoog niveau van watermanagement in Nederland,” vervolgt hij. “Wij ontwikkelen het watermanagement constant door. Ook zijn we de laatste jaren steeds meer bezig met ‘slim watermanagement’. Zo werken we veel meer samen met onze ‘buren’, die verantwoordelijk zijn voor de beheergebieden om ons heen. Zo kunnen we elkaar beter informeren en helpen met het peilbeheer. En er komen nieuwe afvoermogelijkheden bij in de Afsluitdijk. Naast nieuwe spuisluizen, krijgen we pompen die we straks kunnen gebruiken. Het effect hiervan op mijn werk? Deze nieuwe waterafvoer objecten komen in onze systemen, zodat ze mee gaan in onze berekeningen en inzetstrategie. Het is natuurlijk fijn dat we meer water kunnen afvoeren. Dat is ook wel nodig vanwege klimaatverandering. Maar spuien zal nog steeds onze focus hebben. De pompen worden alleen ingezet om de meerpeilpieken af te toppen, zoals beschreven staat in het peilbesluit.”