Sluiting fabriek Harlingen
In september 2019 opende een tijdelijke fabriek van bouwconsortium Levvel (BAM, Van Oord, Rebel en Invesis) in Harlingen de deuren. Hier zijn ruim 70.000 innovatieve betonblokken, Levvel-blocs, geproduceerd. De fabriek is inmiddels gesloten en er is een voorraad Levvel-blocs opgeslagen. Een mooi voorbeeld van circulair bouwen, want onderdelen van de fabriek worden op een andere locatie hergebruikt.
Productie in Harlingen
De Afsluitdijk wordt tussen Kornwerderzand en Den Oever versterkt met ruim 70.000 betonnen elementen, zogenoemde Levvel-blocs. Deze zijn de afgelopen jaren in de fabriek in Harlingen geproduceerd. ‘De Levvel-blocs werden vanaf Harlingen per schip naar de Afsluitdijk vervoerd, om hinder voor het wegverkeer zo veel mogelijk te voorkomen en de ecologische footprint zo laag mogelijk te houden’, vertelt Aernout van Beusekom, projectmanager van Levvel. ‘Het bijzondere van deze fabriek is dat hij nu ontmanteld wordt en deels elders wordt ingezet als betoncentrale. De constructie van de fabriek gaat terug naar de leverancier.’
Laatste Levvel-bloc van de band
Het laatste Levvel-bloc is inmiddels van de band gerold, maar er ligt nog een voorraad in Harlingen. Van Beusekom: ‘De grootste bulk ligt al op de dijk, maar nog niet overal. Op plekken waar de dijk aansluit op andere objecten, bijvoorbeeld de sluiscomplexen in Den Oever en Kornwerderzand, moeten ze nog geplaatst worden. Daar is de voorraad Levvel-blocs die nu in Harlingen is opgeslagen ook voor bedoeld. En we hebben wat extra voorraad voor het geval een Levvel-bloc in de toekomst vervangen moet worden.’
Teamprestatie
Van Beusekom kijkt met gemengde gevoelens terug op de afgelopen tweeënhalf jaar. ‘In de opstartfase kostte het natuurlijk heel veel energie; een unieke fabriek en allemaal nieuwe mensen. Het was mijn taak het team en de fabriek optimaal te laten presteren.’ In die tijd was hij zes dagen per week aanwezig. ‘We werkten continu in ploegendiensten in de fabriek én op het buitenterrein; vijf ploegen van elf mensen en vijf uitvoerders. We zorgden bijvoorbeeld dat de aanvoer van zand en grind soepel verliep en dat er voldoende beton voorhanden was. Ik begon ’s ochtends om 6.30 uur en bleef tot de ploegwissel van 16.00 uur om ervaringen te delen en storingen door te geven.’ Hij vertelt dat er in het begin geregeld elektronische storingen waren. ‘Water, beton en elektronica gaat niet zo goed samen, dus we zorgden altijd voor voldoende reserve-onderdelen én monteurs. Ik ben er enorm trots op dat we in relatief korte tijd zo veel Levvel-blocs hebben gemaakt.’
In de fabriek werkte Van Beusekom samen met Nederlandse en Roemeense collega’s. ‘Het was met iedereen fijn samenwerken en we hebben samen een mooie prestatie neergezet. Tegelijkertijd kijk ik ernaar uit om met een nieuw project te beginnen. En daar weer een succes van maken!’