Afsluitdijk klaar voor klimaat van de toekomst

Op 25 en 26 januari waren mensen uit de hele wereld digitaal op bezoek in Nederland voor de Climate Adaption Summit over klimaatadaptatie – oftewel aanpassen aan klimaatverandering. De Afsluitdijk is op dat gebied een inspirerend voorbeeld, vertellen projectmanager Frans de Kock van Rijkswaterstaat en programmamanager Tjalling Dijkstra van De Nieuwe Afsluitdijk enthousiast.

Klimaatadaptatie speelt een belangrijke rol bij alle projecten rond de Afsluitdijk. Door klimaatverandering stijgt de zeespiegel en worden golven hoger. Dat is de directe aanleiding om de Afsluitdijk te versterken en zo het achterland tegen al dat watergeweld te beschermen. En veranderingen komen niet alleen van de zeekant, verduidelijkt projectmanager Frans de Kock van Rijkswaterstaat. ‘Sinds de aanleg van de Afsluitdijk kun je het IJsselmeer zien als de regenton van Nederland. Het belang van het zoete water daar neemt toe omdat we vaker te maken krijgen met droogte. Tegelijk zitten er grotere pieken in de waterstand van het IJsselmeer, waardoor we meer moeten afvoeren naar de Waddenzee. Daarvoor bouwen we bijvoorbeeld extra spuisluizen en pompen.’

Bouwen op onvoorspelbaarheid

Maar het belangrijkste bij klimaatverandering is de onvoorspelbaarheid. De Kock: ‘We moeten ons aanpassen aan een toekomst die we nog niet kennen. Daarom maken we onze oplossingen zelf adaptief. Je kunt er bijvoorbeeld niet van uitgaan dat je altijd al het water kunt tegenhouden. Daarom houden we er in het ontwerp voor de dijk rekening mee dat er golven overheen kunnen slaan. Een ander mooi voorbeeld is de Vismigratierivier. In Nederland bouwen we al eeuwenlang dijken tegen de zee. Bekend is het verhaal van Hans Brinker, die een ramp voorkwam door een gat in de dijk dicht te houden met zijn vinger. Maar nu maken we zelf een gat in de Afsluitdijk! Zodat vissen makkelijk heen en weer kunnen zwemmen tussen zoet en zout water.’

Kansen zoeken voor maatschappelijke vraagstukken

‘Adaptatie betekent ook dat je je niet beperkt tot een specifieke opgave, maar manieren zoekt om andere maatschappelijke vraagstukken gelijk mee te nemen’, vult Tjalling Dijkstra aan. Als programmamanager van het regionale samenwerkingsverband De Nieuwe Afsluitdijk doet hij precies dat. ‘Rijkswaterstaat richt zich vooral op veiligheid van de dijk en op de waterafvoer, wij maken hem aantrekkelijk en versterken tegelijk de regio met kansen voor bedrijven. We werken vanuit het drieluik energie, ecologie en economie. Qua energie maken we van de dijk een kraamkamer voor innovatie. Zo testen REDstack met Blue Energy en SeaQurrent met TidalKites hoe ze energie uit water kunnen halen. Op ecologisch gebied herstellen we de negatieve impact van de oorspronkelijke dijk met de Vismigratierivier.  En economie zit hem vooral in toerisme en beleefbaarheid en de verruiming van de bruggen en schutsluizen bij Kornwerderzand. Denk bij toerisme aan de mooie exposities in het Afsluitdijk Wadden Center, de nieuwe fietspaden langs de Waddenzee en de aanpak van het Monument op de dijk.’

Samenwerken zorgt voor grotere relevantie

‘Het bijzondere is dat we met provincies en gemeenten in de regio samen projecten weten te realiseren die het totaal versterken’, benadrukt Dijkstra. ‘Die samenwerking zorgt voor veel grotere maatschappelijke meerwaarde en relevantie.’ ‘Dat is de kracht van Nederland’, bevestigt De Kock. ‘De dijk is niet van één partij, dus pakken we het op met alle belanghebbenden. Het klimaat heeft impact op iedereen. Neem de Vismigratierivier. Vissen hebben er geen boodschap aan dat Waddenzee, IJsselmeer en Afsluitdijk onder verschillende overheden vallen. Daarom moeten we bereid zijn om over muren heen te kijken en elkaar te helpen.’

Aandacht vragen voor Nederlandse aanpak

Dijkstra vervolgt: ‘Samen maken we een iconisch project van de Afsluitdijk. Zodat het voor iedereen aantrekkelijk is om er kennis van te nemen hoe Nederland dit aanpakt. Met onder meer Rijkswaterstaat, De Nieuwe Afsluitdijk, Windpark Fryslân en Programma naar een Rijke Waddenzee vormen we een sterk netwerk. Daarmee kunnen we internationaal aandacht vragen voor onze kennis en expertise op het gebied van klimaatadaptatie. Niet voor niets heeft het VN-instituut op dat gebied – de Global Center on Adaption (GCA) een vestiging hier vlakbij in Groningen. Via de GCA geven we ons verhaal door als inspiratie voor andere landen.’

Van elkaar leren

‘In het verleden bezochten internationale delegaties de Afsluitdijk vanwege de waterbouwkundige aanpak. Nu willen we toe naar kennisuitwisseling over klimaatadaptatie’, vertelt De Kock. ‘We zetten onszelf in de etalage op het internationale platform. Onder meer op de Climate Adaptation Summit van de GCA. Maar onze aanpak van de Afsluitdijk is niet per se de heilige graal. Daarom zijn we benieuwd hoe partijen uit andere landen hiernaar kijken. Zodat we van elkaar kunnen leren hoe we ons zo slim mogelijk kunnen voorbereiden op de toekomst.’

Nieuwsarchief